Oude narcissensoort. Gevonden bij een verlaten boerderij in de Zaanstreek.
Deskundigen zijn het niet eens over de naam van deze elegante cultivar.
Hoogte: 40 cm, bloeitijd: april.
Dat het hier om een oude soort gaat kun je ook wel zien. De kelkblaadjes van de bloemen zijn opvallend smal in vergelijking met nieuwere soorten. Narcissen veredelaars streven al jaren naar bloemen met steeds bredere (overlappende) kelkblaadjes. De lengte van de kroon (cup) is meer dan een derde van de lengte van de kelkblaadjes. Daarom wordt deze cultivar tot de grootkronige narcissen gerekend. Bij het begin van de bloei heeft de kroon een oranje randje. Later wordt de kroon helemaal geel. Het is een sterke narcis die zich in de tuin goed handhaaft en geleidelijk in aantal toeneemt door afsplitsing van nieuwe bollen. Plantgat 10 tot 15 cm. Ruimte tussen de bollen 5 cm of meer (kwestie van smaak).